woensdag 20 augustus 2008

Houmevast

Mijn voorlaatste sigaret rook ik nu. Vanuit mijn tenen. Net besloten; waarom nog langer als het opgegeven is.

Ik heb het namelijk beloofd: als ik afstudeer is het schluss. En wanneer ik iets beloof, nou ja, vandaar ook dat ik dingen beloof.

Vanmiddag kreeg ik een 7,5 voor mijn scriptie. Lekker. Ik keek eens naar mijn vakkenpakket en bleek dertien komma nogwat punten teveel te hebben. Heerlijk. Nu weet ik niet meer wie of wat ik ben en zit ik met ondersteuning van een Melanesisch koortje te genieten, maar echt, van mijn laatste minuten als roker.

Met pijn in mijn hart, dat mag duidelijk zijn. Tot vandaag was ik een rokende student, een atheïst bovendien; een beeld waar ik mijn hele zijn aan op kon hangen. Nu is het tijd voor mijn echte allerlaatste, met als enig denkbare steuntje in de rug Jisas yu holem hand blong mi.*

Ik ben echt helemaal van het padje.



* Zet 'm even heel hard: http://www.youtube.com/watch?v=ObqoRHlswcE

vrijdag 8 augustus 2008

In m'n borstzakje

Gisterenavond. Ik zit als altijd onschuldig op de bank als er wordt gebeld. E.L.S., mijn nieuwe begeleider (vind ik). Ik heb het wachten opgegeven en – beter laat dan nooit - aan de bel getrokken. In vijf minuten bleek er iemand geïnteresseerd en bereid mijn scriptie tot zich te nemen. Dat alleen al deed mijn onderkaak ontspannen: vijf minuten! Ding dong.

Daarna sloegen de zorgen toe en gisterenavond om tien minuten voor tien werden die bevestigd. E.L.S.: er moest nog wel het een en ander aan gebeuren [aan mijn S.], of ik niet morgen [vandaag] kon afspreken? Het leek de Overtoom wel en natuurlijk kon ik dat, wachtende als ik ben. Na het telefoontje moest ik diep huilen. Ik dacht: zie je wel, ik kan ook helemaal niets.

Vandaag bleek dat niet helemaal waar. Zo heb ik voor het eerst in anderhalf jaar mijn verhaal kunnen doen. Ik heb kunnen vertellen van wie, wat, waar en waarom. Mijn baarsel bleek sowieso een zes. Anderhalf uur hebben wij gesproken over wat er beter kan en dus eigenlijk over wat mij verder bij die zes vandaan kan brengen.

Dat geen enkele voorbijganger op de Drift de grijns van mijn smoelwerk heeft gemept mag een wonder heten.

Een mooi ding van het verhaal dat ik deed was waar ik mijn verhaal heb opgedaan – in Jeruzalem tijdens Sigd. Een verhaal op zich, eigenlijk. Zo mogelijk nog mooier was de reactie van E.L.S. op mijn onvermogen afstand te nemen.

‘Dat is omdat je zelf Joods bent zeker’.

Dit, jongens en meisjes, voelde als een Full House van tweeën en drieën tegen een Flush en een Straight. Euforie in haar puurste vorm. Het is mij gelukt. Niet alleen kan ik denken als een seculiere Israëlische politicus op leeftijd of een Amerikaans-Joodse filantroop, ik kan mij presenteren als één van hen: een Jood. Dit biedt hoop voor mijn studieschuld.

Hoop is wat de klok gaat slaan in mijn (nabije) toekomst, want ik moet eerlijk zeggen dat ik de huidige afloop van mijn S. nooit had verwacht. Dit betekent overigens niet dat ik een Messiasverwachtend typetje ga worden; ik ga voor de realistische variant. Zoals eerder mijn afstuderen (check) en nu vrede in het Midden-Oosten. Dat lijkt me niet teveel gevraagd.