dinsdag 5 februari 2008

10 oktober: Waarom god niet bestaat

Waarom god niet bestaat
10 okt, 00:25
Ik heb al eens eerder gemeld dat ik dingen vaak op mijzelf betrek. Ik denk dat je het antwoord op bepaalde vragen ook in jezelf, of om jezelf, zoeken moet. Soms.

Omdat ik zondag en gisteren al vroeg was opgestaan besloot ik deze opstartwijze vol te houden en dus stond ik vandaag om half tien redelijk fris en een beetje gefruit naast mijn bed. Half tien is voor sommigen misschien wel middag, voor mij is het midden in de nacht. Om elf uur had ik een computer geconfisqueerd in de UB en voelde mij gezegend: het was de laatste en inloggen bleek mogelijk. Voor ik het goed en wel in de gaten had knalde ik in een hyper-focus, een staat die mensen als ik van harte nastreven, maar waar we slechts af en toe op getrakteerd worden. Om één uur verscheen ik euforisch bij Wen aan de koffie, het was zover, ik zat in die fase waarin je weet dat je ieder moment het licht kan zien, het is dan alleen nog een kwestie van doorpakken. En ik had de nagel van mijn rechter wijsvinger er al onder.

Niet veel later had ik een uiterst relevant boek in zijn totaliteit (300+ pagina’s) doorgewerkt en zonder dat ik erover na hoefde te denken schoten mijn vingers richting toetsenbord en begonnen te typen. Ik fabriceerde de prachtigste zinnen, en ze waren nog zinvol ook. Heel sporadisch racete ik naar buiten voor een rookpauze van vier minuten, om mompelend in mijzelf mijn tekst voort te zetten. Ik wist wat te schrijven en zag dat het goed was.

Helaas had ik geen tijd om stil te staan bij dit goede moment dat een paar uur duurde. Helaas? Ja, helaas. Toen ik om half tien stiekem dacht dat ik zóver op weg was met mijn zionistische hoofdstuk dat ik morgen alleen maar de puntjes op de ï hoefde te zetten sloeg het noodlot toe. Zonder aanwijsbare reden hield de computer ermee op. En dan bedoel ik: dood. Word reageerde nergens meer op, hoe lief ik ook vroeg of ik alsjeblieft mijn documenten nog saven mocht. Andere computer geprobeerd. Zelfde melding. Computer uit en weer aan. Zelfde melding. Tien voor half elf, de bieb ging dicht. Geen redden meer aan. De bus reed voor mijn neus weg, en toen ik huilend, maar echt, in de volgende bus zat, bedacht ik me dat een beetje muziek de crisis nog enigszins binnen de perken zou kunnen houden: batterij leeg. Thuis meteen online gekeken of er iets was opgeslagen, wat niet het geval bleek.

Van mijn elf en een half uur werk vandaag en mijn hoofdstuk dat bijna het daglicht had gezien is nu niets anders over dan een hoopje ellende met een fles wodka: ikke. En daarom, beste mensen, vind ik het fair om te zeggen dat god niet bestaat.

Geen opmerkingen: